Veel jaren was Henk Alleman werkzaam als illustrator bij de dag- en weekbladenpers. Evenals Marten Toonder maakte hij zijn eerste debuut (als jeugdige tekenaar) bij uitgeverij ‘De Nederlandse Rotogravure Maatschappij. In de filmstudio van Marten heeft Alleman aan verschillende producties gewerkt, echter was hij een realistisch tekenaar en koos zijn eigen weg om als zelfstandig illustrator door het leven te gaan, zonder dat de vriendschap met Marten Toonder daardoor tot het verleden behoorde. Het eerste getekende verhaal van Henk was Morgan Bloomsbury – ridder zonder vrees. Het werd aangekocht door de Geillustreerde Pers en eveneens door uitgeverij de Vlijt in Antwerpen. Daarna volgden avonturenverhalen zoals ‘De noodlottige reis van de Marie Felice, een geschiedenis die zich afspeelde op een viermaster clipperschip. Na de publicatie verzocht een persbureau in Kaapstad – Zuid Afrika, deze geïllustreerde stories aan te kopen, echter bleek dit een noodlottige ervaring te worden. Na toezending bleek dit persbureau een malafide bedijf te zijn. Van dat persbureau werd niets meer vernomen, het orginele tekenmateriaal moet als verloren worden beschouwd. Bij de ontwikkeling van de ruimtevaart in 1957 heeft Henk Alleman in samenwerking met het Swan Features Syndicate het verhaal ontworpen ‘Operatie Burnout, met als ondertitel ‘Op weg naar vreemde werelden’. Deze productie voorzag in een wetenschappelijke informatie, een science fiction van wat in de toekomst in het heelal was te verwachten. Ook gaf dit verhaal een indruk zoals de ontwikkeling zich in de evolutie theorie had voltrokken en zich kon afspelen op de planeet Venus. In 9 kranten in Europa werd via persbureaus deze geschiedenis gepubliceerd.
Henk Alleman maakte voornamelijk strips in de jaren ’50. Op 19-jarige leeftijd ging hij werken voor uitgeverij De Kleine Zondagsvriend, van waar zijn eerste strip ‘Morgan Bloomsbury, de Prins uit Engeland’ werd gepubliceerd.
Een andere serie Morgan Bloomsbury verhalen. De bijbehorende tekst van de serie is nog aanwezig. Deze wordt momenteel herschreven om over enige tijd in eigentijdse vorm opnieuw te publiceren. Fragment oude strip nr 52. Morgan staat in de troonzaal; langzaam, vastberaden en dreigend schuift hij naar Absjorn toe. Deze is opgestaan en gaat met knikkende knieën steeds meer achteruit, totdat hij door een muur tot stilstand gebracht wordt. Morgan is de vreesaanjagende zwarte duivel; nog dichter nadert hij tot zij vlak tegenover elkaar staan. Dan laat hij een gekrijs horen, dat een arend niet beter zou kunnen doen. Bevangen door hevige angst sterft Absjorn aan een hartverlamming; Absjorn de verschrikkelijke, is door een verschrikking gestorven. Morgan klimt naar boven en als zij de touwen hebben opgerold horen zij beneden zich rumoer. Bordagje en nog enkele vrienden zoeken naar hun meester. Ze zien hem liggen in de troonzaal en merken dat Absjorn dood is. Er is geen spoor te zien van wat de doodsoorzaak zou kunnen geweest zijn. Onwillekeurig huiveren zij.
Beroemd boek met ooit de (nu foute) titel ‘De Negerhut van Oom Tom’ getekend als stripverhaal door Henk Alleman 1953-54 voor Tombola, het supplement van het damesblad Libelle.
Een van de grootste projecten voor Alleman was de serie ‘Operatie Burn-Out’ die onder het etiket “wetenschappelijk toekomst verhaal” door Swan Features verkocht werd aan een aantal kranten in België en Nederland. Zo stond deze strip in 1957 in Het Laatste Nieuws en in 1958 in Het Nieuwsblad van het Noorden.
‘Operatie Burnout – Op weg naar vreemde werelden’ is een stripverhaal geconcentreerd rond de planeet Venus, het werd in totaal in negen dagbladen in Europa gepubliceerd, zelfs destijds achter het IJzeren Gordijn.
Henk Alleman is een van de anonieme tekenaars van de strips van Olivier B. Bommel en Tom Poes geweest van de Marten Toonder studio’s. De geplaatste afbeeldingen zijn niet uit die tijd maar recent getekend in 2013 door Henk Alleman als eerbetoon naar een prachtige tijd.
Voor het tijdschrift Eva maakte hij vijf verhalen met de stewardess ‘Linda Lucardy’.
Het verhaal begint hier:
Het is 7 uur inde morgen op Londen airport. De Sagittarius – een der vliegtuigen van de I.A.S. (International Airborne service) staat startklaar voor Parijs, de eerste etappe in de lijndienst Londen-Caïro. De eerste piloot Nick Vandyke en de tweede piloot Jim Donahue zijn reeds aan boord en hebben zojuist proefgedraaid.
Dat zal ons afvallen, Jim”zegt Nick, tot september dezelfde vervelende lijnvluchten. Ik althans voel veel meer voor wilde vluchten. Vandaag niet weten waar je morgen zult zijn: telkens iets anders. In ieder geval meer afwisseling. Maar ja, wij hebben het maar te doen. Trouwens, “voegt hij er troostend aan toe, “er zit ook een prettige kant aan. We krijgen namelijk een stewardess me”.”Ja”, zegt Jim. “Heb je haar al gezien?”Hoe ziet zij er uit?”. Nick barst in lachen uit. “Als ik het niet dacht,zegt hij. “Het enige waar je jou mee uit de put kunt halen is natuurlijk een aardig meisje !”. “Vergeet jezelf niet” antwoordt Jim droog. “Of ben jij soms ongevoelig voor ’t vrouwelijk schoon?” “Oké,” antwoordt Nick. “Je hebt gelijk. Maar om terug te komen op wat je daarstraks vroeg: gezien heb ik onze stewardess nog niet, maar ze heet”. Hij krijgt niet de gelegenheid zijn zin af te maken, want op dit ogenblik klinkt er achter hem een stem die zegt “Zal ik dat maar even vertellen!!” . Als zij verbaast omkijken, zien zij in de opening een slank, donker meisje staan,dat hen met een tinteling van pret in de ogen aankijkt…
Voor Tombola, het supplement van het damesblad Libelle, vervaardigde Alleman strips als ‘Doctor Davis’ 1954. De tekst is geschreven door Toon Kortooms. Hier volgt een passage uit het verhaal.
Fred ziet een donkere gedaante naar het laboratorium sluiten. De jongen begrijpt onmiddellijk dat dit niet in de haak is. Hij twijfelt geen seconde. Hij schiet zijn kamerjas aan, gaat snel en stil de trap af. Hij wil niemand wakker maken. Vader heeft toch al zo weinig rust de laatste weken. Even later is hij buiten.Hij huivert maar zonder tijd te verliezen sljuipt hij naar het laboratorium. Onderweg krijgt hij een goed idee. Hij zal de brandtrap gebruiken. De brandtrap leidt naar vaders kantoortje in het laboratorium. Fred voelt de ruwe ijzeren treden nauwelijks onder zijn blote voeten.Geruisloos sluipt hij het kantoortje binnen, dan blijft hij staan en tuurt naar de duikgondel die metalig glanst in het licht van de maan. Alles is doodstil. Geen dief of inbreker, maar dan ontdekt hij dat het deurtje naar de binnentrap open staat! Vader sluit de deur altijd af. Opnieuw gaat er een schok door hem heen en ziet bewegen van met een man hals over kop naar de uitgang. Hij heeft een bundel papieren onder zijnarm. Onmiddellijk begrijpt Fred het. De dief heeft de geheime tekeningen gestolen !
Stripalbum Aram vanaf aflevering 43 getekend door Henk Alleman. Dit stripverhaal is eerst getekend door Pien Wijn, hierna zijn een aantal albums getekend door Henk Alleman en de laatste 5 exemplaren uit de serie zijn ook van Piet Wijn. Qua stijl hebben ze zeer goed samengewerkt om de hoofdfiguren voor de lezer zo herkenbaar mogelijk te houden. Publicatie: Aram, 19
Uitgever: ‘s-Gravenhage : Panda, 1981
De Rio Grande Expresse is vertrokken, nog juist probeert Pieter Kwiek met zijn kleine beentjes de trein te halen. Gelukkig weet Willie Woep, een lieftallig meisje, die op het achterbalkon van de trein staat, de kleine Pieter Kwiek, het voortsnellend voertuig binnen te hijsen. Willie Woep vraagt nieuwsgierig aan Pieter Kwiek naar het doel van zijn reis, maar hierover laat het kleine kereltje zich niet uit en zegt alleen dat hij dit geheim wil houden. Bij het volgende station treffen ze de schatrijke bankier Mr.Sjekboek en de zeer geleerde Professor Sik aan. Willie Woep verbaast zich over de grote hoeveelheid bagage van Mr. Sjekboek en meent dat dit allemaal in verband staat met het geheim van Pieter Kwiek…
Tante Toet en Krijn Krul wonen in een kleine stad, waar zij een kruidenierswinkel hebben. Tante Toet staat in de winkel en doet het huishouden. De zaken gaan niet zo goed, aan Tante Toet ligt het niet, zij is ijverig en vriendelijk voor haar klanten. Aan Krijn Krul ligt het ook niet, want die bemoeit zich helemaal niet met de winkel. Hij is sinds jaren secretaris van de voetbalclub “Middenuit” en dat geeft hem handen vol werk. Helaas gaan de kruidenierszaken hoe langer hoe slechter. De klanten betalen niet en de leveranciers worden op hun beurt ook steeds ongeduldiger, als Tante Toet de wissels niet kan voldoen. Als de nood op z’n hoogst is en er een faillissement dreigt, gebeurt het grote wonder … Krijn Krul wint, omdat Toet op de juiste wijze een Toto-formuliertje had ingevuld de eerste, de tweede en derde prijs in de voetbalpool en incasseert het enorme bedrag van 450.000 gulden en hiermee beginnen dan de grote avonturen van Tante Toet en Krijn Krul….