Er zijn momenten dat ik Marten en de intensiteit van ons contact mis.
Maar vaker denk ik met een glimlach terug aan wat we hadden. Ons
contact was in zekere zin ‘af’, ik kon zonder hem verder. Ik heb leren
vertrouwen op de ‘flits’ in mij. Als het met het schrijven niet lukt, ga ik niet
krampachtig zitten proberen. Ik weet inmiddels dat ik binnen een paar
dagen ’s ochtends wakker zal worden met de juiste spirit.
Mijn leven heeft zich voortgezet op een manier die Marten plezier zou
hebben gedaan. Ik denk dat hij enorm genoten zou hebben van mijn
avonturen in Turkije en de kleine successen die ik af en toe boek. Soms,
als ik het moeilijk heb, hoor ik zijn ‘arme donder’ of ‘de sterren staan niet
goed’ in mijn hoofd. Dat kan mij troosten. Het laat me de rijkdom en de
mogelijkheden van het leven voelen. Want ik, als arme donder, heb toch
maar mooi een bijna sprookjesachtige vriendschap gekend!